Getal & Ruimte (12e editie) - havo wiskunde A

'Statistische variabelen'.

havo wiskunde A 2.2 Data verzamelen

Statistische variabelen (5)
Klassificatie (1)
Klassificatie (2)
Klassificatie (3)
Klassificatie (4)
Klassificatie (5)

Opgave 1

Geef in de volgende situaties aan welke statistische variabele wordt beschreven, en of deze nominaal, ordinaal, discreet of continu is. Licht je antwoord toe.

2p

a

In een enquête wordt de vraag gesteld hoe vaak een leerling huiswerk maakt: nooit, soms, regelmatig, vaak of altijd.

2p

b

In een vragenlijst over openbaar vervoer wordt gevraagd naar de woonplaats van de respondent, bijvoorbeeld Apeldoorn of Alphen aan den Rijn.

2p

c

In een enquête wordt gevraagd naar het aantal auto's per huishouden: 0, 1, 2 of '3 of meer'.

2p

d

De concierge houdt van iedere leerling het kluisnummer bij, bijvoorbeeld 96 of 291.

Opgave 2

Geef in de volgende situaties aan welke statistische variabele wordt beschreven, en of deze nominaal, ordinaal, discreet of continu is. Licht je antwoord toe.

2p

a

Op de website booking.com kan een gast van een hotel met een aantal sterren aangeven hoe het hotel bevallen is: ☆, ☆☆, ☆☆☆, ☆☆☆☆ of ☆☆☆☆☆.